De OPEC: wie, wat en waarom?

Les 2 in de serie BUX Homeschooling is een korte geschiedenisles. De olieprijs is naar een historisch dieptepunt gedaald en als het over de olieprijs gaat dan hoor je vaak de naam van de OPEC vallen. Wie zijn dat? Wat doen ze? En waarom doen ze zo?!

Crisis op crisis

OPEC is de afkorting voor de Organisation of the Petroleum Exporting Countries. Een club van olie exporterende landen dus. Deze club werd op 14 september 1960 opgericht en zoals wel vaker bij de oprichting van een verbond gebeurde dat bij de OPEC ook uit onvrede.

Want ongeveer een maand voor de oprichting, 9 augustus 1960 om precies te zijn, besloot Standard Oil of New Jersey (nu ExxonMobil), de grootste Amerikaanse oliemaatschappij, zijn olieprijs met zo’n 7% te verlagen. Andere maatschappijen konden niet veel anders dan hetzelfde doen en de olieproducenten zaten zich te verbijten.
Deze producenten waren de landen Venezuela, Saoedi-Arabië, Irak, Iran en Koeweit. Samen waren zij destijds goed voor ongeveer 80 procent van de oliemarkt. Als dit samenwerkingsverband nou eens afspraken ging maken over de olieproductie en daarmee het aanbod, dan kan ook een goede prijs worden gewaarborgd. Klinkt als een plan en de OPEC met zijn eerste vijf leden was snel geboren.

In het begin slaagde de OPEC er in om de daling van de olieprijs een halt toe te roepen. Maar in de jaren die volgden was er niet vaak sprake van een soepele samenwerking. Soms door de leden van de OPEC zelf, maar vaak ook door overmacht. Een groot deel van de olie wordt gewonnen in gebieden waar het zeg maar niet altijd chill is geweest. Een kleine greep uit de historische gebeurtenissen sinds de jaren ‘50 die de oliehandel hebben beïnvloed: De Abadan-crisis; de Amerikaans-Britse staatsgreep in Iran; machtsgreep van Khadaffi in Libië; de Jom Kipoeroorlog; de Iraanse Revolutie, de Golfoorlog en de aanslagen van 9/11. Nogal heftige externe factoren dus. 

Leden zijn geen vrienden

Ondertussen sloten meer landen zich aan bij de OPEC, want op zich is het idee achter het verbond voor de betrokken landen aantrekkelijk. Samen tot productie- en prijsafspraken komen. En ja we weten het, dat is eigenlijk ordinaire kartelvorming en dat mag niet. Bedrijven die zoiets in hun hoofd halen kunnen een flinke boete tegemoet zien van de toezichthouders. Maar het is niet illegaal als het een internationale overeenkomst betreft die staten hebben gesloten op grond van hun soevereiniteit. Probleem opgelost!

Nou ja, eigenlijk niet. Want als er geen problemen van buitenaf waren dan creëerde de club wel zijn eigen problemen. Er zitten nu 13 landen in de OPEC en door de jaren heen zijn er diverse lidstaten in- en uitgestapt. Iran, Irak, Koeweit, Saoedi-Arabië, Venezuela, Libië, de Verenigde Arabische Emiraten, Algerije, Nigeria, Gabon, Angola, Equatoriaal-Guinea en Congo-Brazzaville zijn de huidige leden.

Een bont gezelschap met uiteenlopende belangen. Zo is Saoedi-Arabië een beetje de aanvoerder van de club als veruit de grootste olie-exporteur. Dat land wil graag zoveel mogelijk leveren en het is niet erg als hierdoor de prijs iets lager is. En Iran heeft regelmatig te maken met westerse sancties die de export beperken. Als die worden opgeheven dan gaat de oliekraan in dat land weer vol open. Maar kleinere en arme lidstaten als Venezuela en Algerije kunnen het zich niet veroorloven om met de prijzen te stunten. Die willen een zo hoog mogelijke prijs voor hun olie. En het blijft niet bij stevige taal aan de onderhandelingstafel. Zo waren Irak en Iran van 1980 tot 1988 in een lange en bloedige oorlog verwikkeld en in 1990 viel Irak Koeweit binnen wat tot de hierboven genoemde Golfoorlog leidde. Nee, echt gezellig is het nooit geweest binnen de OPEC.
En daar komt nog eens bij dat de jaren waarin de OPEC echt de touwtjes in handen had voorbij zijn. Tegenwoordig heeft het verbond nog maar 40 procent van de markt in handen. Grote olielanden als Amerika,Canada en Noorwegen horen niet bij de OPEC. En Rusland en Mexico, ook twee grote spelers, zitten in de OPEC+ wat een soort uitgebreide variant is. Maar ook dat is zeker geen garantie voor vriendschap, getuige de recente ruzie tussen Rusland en Saoedi-Arabië die weer tot een prijzenoorlog en verdere daling van de olieprijs leidde.

Aan de lange lijst van conflicten en crises kun je nu de coronacrisis toevoegen. De wereldwijde vraag naar olie is gekelderd en de olieprijs is in 20 jaar niet zo laag geweest. Een dealtje van de OPEC eerder deze maand, waarin besloten werd bijna 10 miljoen vaten per dag minder te produceren, is een druppel op een gloeiende plaat en kan de vrije val niet stoppen. De vraag of de OPEC nog wel een significante rol zou (moeten) spelen op de oliemarkt neemt daarmee toe en is gerechtvaardigd.

Alle opvattingen, meningen en analyses in dit artikel dienen niet geïnterpreteerd te worden als persoonlijk investerings advies. Individuele investeerders dienen hun eigen beslissingen te maken of onafhankelijk advies in te winnen. Dit artikel is niet opgesteld in overeenstemming met wettelijke vereisten die bedoeld zijn om de onafhankelijkheid op beleggingsgebied te bevorderen en wordt beschouwd als marketing communicatie.

Laden